Menno Schilthuizen

Wytze ‘t Hart

Corné van der Linden

 

 

 

 

 

Op 29 november vond onze jaarlijkse bio-bijeenkomst plaats. Deze werd gehouden in de Tuinkamer van de Leidse Hortus botanicus (Rapenburg 73, 2311 GJ Leiden).

Het was een divers programma met een inleiding door Menno Schilthuizen, waarna Corné van der Linden (Wageningen Universiteit) vertelde over de evolutie en biogeografie van Maleise vogelvlinders in het gebergte van Maleisisch Borneo. “Hoewel de enorme soortenrijkdom van de Maleise Archipel een bron is geweest voor meer dan 160 jaar biologisch onderzoek, valt er nog steeds heel veel te ontdekken. Door onderzoek te doen aan de Maleise vogelvlinders (Troides soorten, ook wel birdwings genoemd) probeer ik nog meer te weten te komen over de evolutionaire processen die hebben geleid tot de enorme soortenrijkdom van deze regio.” aldus Corné.  In de lezing legde hij uit hoe verschillende soorten en populaties van vogelvlinders zijn ontstaan, en hoe dit wordt onderzocht in de bergen van Sabah.

Vervolgens vertelde Wytze ‘t Hart (Wageningen Universiteit, Van Hall Larenstein) over de biodiversiteit van kikkers in moerasbos en oliepalmplantages in in Sarawak. Hoewel het duidelijk is dat de biodiversiteit van natuurlijk bos sterk achteruit gaat bij de conversie naar oliepalmplantages, blijven de exacte veranderingen en hun tijdsverloop vaak onduidelijk. Bij een onderzoek in het Sabaju Estate, ca. 150 km ten zuidwesten van Miri, ontdekte Wytze ’t Hart dat het niet zozeer de aantallen soorten zijn die veranderen, als wel de ‘functionele biodiversiteit’. In de lezing legde ’t Hart uit hoe hij bij zijn onderzoek te werk is gegaan en wat de resultaten te betekenen hebben.

Na een korte middag pauze vervolgde Marien-biologische spreker Willem Renema (Naturalis) over zijn project in Sulawesi en Menno Schilthuizen (Naturalis, Universiteit Leiden, Universiti Malaysia Sabah) sloot af met een lezing over zijn “Nederlands biologisch onderzoek in Maleisië door de jaren heen”.

“Zoals in zoveel kennisdomeinen is ook in de Nederlandse veldbiologie en ecologie de aandacht voor Maleisië altijd sterk overschaduwd geweest door die voor Indonesië. Toch zijn er in de biologische wetenschap van ons land enkele opvallende onderzoekslijnen en ‘-dynastieën’ te herkennen die Maleisië als focus hebben of hebben gehad.”. Menno gaf in de lezing een aantal voorbeelden daarvan en bood tevens een toekomstperspectief voor verdere biologische samenwerking met Maleisië.